Nieuws

DD 3 – DSC 6: 6-2. DD 3 bovenaan het eerste rijtje!

Afgelopen donderdag kreeg DD 3 de Delftenaren van DSC 6 op bezoek. Het zag er lange tijd naar uit dat we voor het eerst zonder invallers zouden spelen, maar op het laatste moment moesten we toch een beroep doen om Frans v Kampen als invaller. Frans was al 1x eerder in en uit de opstelling gejojo-ed, maar was gelukkig flexibel en deed daar niet moeilijk over. Zelf had ik al vooruit gespeeld tegen Simon Dirkse omdat hij op de bewuste avond niet kon. Die partij was voor ons gunstig afgelopen en dus kon het team al met een comfortabel punt voorsprong beginnen.

DD1 speelde ook die avond dus het was best vol. Erik Koreman was de wedstrijdleider, en ik werd al meteen streng aangesproken dat de opstellingen voor de wedstrijd ingeleverd moesten worden.

Op bord 1 speelde Niels met zwart, die graag een hoog bord wilde proberen. Ook goed voor het verrassingseffect. Ik dacht dat het Nimzoindisch werd, maar begreep van hem dat het als Scandinavisch was begonnen.

Op bord 2 speelde Herman Arends voor het eerst dit seizoen. Ik dacht dat hij een soort London Systeem opzette, en zijn tegenstander in ieder geval een duidelijke Pirc.

Op bord 3 Daniel. Hij werd verrast op een Guaco a poco.

op 4 Frans van Kampen. Zijn tegenstander lijkt een gambiet de spelen e4xf5 dat door Frans is aangenomen. Later hoorde ik dat die voortkwam uit een hollandse variant. Frans heeft dus al een pionnetje voorsprong.

op 5 Ortwin. Onbekende opstelling, maar zijn tegenstander lijkt een beter centrum te hebben maar Ortwin een betere ontwikkeling.

op 7: (6 was vooruitgespeeld) Tom: Lijkt een soort damegambiet waarbij de tegenstander al vroeg c5 heeft doorgeschoven en Tom een intimiderende pionnenketen richting de vijandelijke koning heeft.

op 8: Jan Kees: Iets uit de open spelen en het ziet er evenwichtig uit.

Over mijn eigen vooruit gespeelde pot: Ik speelde met wit en de Grunfeld werd in de aanbieding gedaan. Dit beantwoord ik vaak met Russisch (Db3) vanuit de gedachte dat Grunfeld spelers een tactische pot willen, en dat word het dan niet zo gauw. De gambiet pion werd aangenomen en Le6 volgde. Hier kan wit een pion winnen, met veel complicaties, vast theorie. Maar het leek me een lokkertje, niet gedaan. Beter om de loper op een knudde veld te houden. Na een tijdje kon de zwart speler zijn stelling weer fatsoeneren, en ik had een fantastisch centrum wat eerst een pion opleverde, toen een licht stuk, en uiteindelijk kon ik de partij winnen.

Bij Niels had zijn tegenstander zijn lopers dreigend naar Niels koningsstelling gericht. Herman heeft een plus pion weten te scoren, maar paard van tegenstander dreigt naar d3 te gaan. Bij Daniel een ingewikkelde stelling zonder rochades. Ook bij Frans is er nog niet gerocheerd. De zwarte stelling ziet er luchtig uit.

Bij Ortwin hebben beide spelers solide koningsstellingen en de torens nog op de achterlijn. Tom stelt net dame ruil voor, maar dit wordt geweigerd. De tegenstander heeft een achtergebleven pion op e3 en Toms toren duikt op e4, een solide voordeel. Jan Kees heeft de aanval op de dame vleugel in gezet met pionnenstorm.

Weer later moet Herman de handdoek in de ring gooien. "ik stond eigenlijk de hele partij al slecht".

Bij Daniel blijft de stelling ingewikkeld, in zijn bekende speelstijl, vooral voor de tegenstander, die zijn koning niet uit het centrum krijgt. Dit moet een keer fout gaan en in flinke tijdnood voor de tegenstander weet Daniel het af te maken door met aftrek aanval de dame te vangen.

Frans weet zijn pionnetje mooi te consolideren en na geduldig verdedigen tegen griezelige koningsaanval kan hij zich loswurmen. In tijdnood doet hij een remise aanbod met pion meer, dat wordt aangenomen.

Ortwin heeft ook tactisch moeilijke pot, en weet in alle complicaties een licht stuk te winnen. echter ten koste van sterk pionnencentrum van de tegenstander. Uiteindelijk maakt hij de keus een kwaliteit te offeren om het opstormende centrum te breken. Weer later komt er een verrassingsmat in 2 uit de hoge hoed: Da1+, Dg1++. Heel leuk.

Bij Tom was inmiddels het punt veilig gesteld. "ik had steeds klein voordeeltje doordat mijn loper meer bewegingsruimte had".

Jan Cees was de laatst overgebleven speler en beide spelers waren in de vluggerfase zonder noteren beland. Met dames en torens op het bord, had ik het gevoel dat hij steeds slechter stond. Toen er een dame ruil kwam zag het er ook moeilijk uit. Maar Jan Kees verdedigd taai en snel. De tegenstander wilde een vrijpion van onze speler op de c lijn tegenhouden met de koning, maar dit gaf onze speler de kans op torenruil en toen was de partij in ons voordeel beslist. "ik had de hele tijd waarschijnlijk wel remise".